Het is bijna Pasen, tijd voor enige contemplatie.
Hoewel het nog volop vastentijd is laven wij ons alvast aan een altoos opbeurende tekst uit dat oude boek.
De HERE is mijn herder, mij ontbreekt niets;
Hij doet mij nederliggen in grazige weiden;
Hij voert mij aan rustige wateren;
Heerlijk toch.
Hij verkwikt mijn ziel.
Hij leidt mij in de rechte sporen
om zijns naams wil.
Is maar goed ook.
Zelfs al ga ik door een dal van diepe duisternis,
ik vrees geen kwaad,
want Gij zijt bij mij;
uw stok en uw staf, die vertroosten mij.
Een dal van diepe duisternis, wie gaat daar niet doorheen somtijds.
Gij richt voor mij een dis aan
voor de ogen van wie mij benauwen;
Gij zalft mijn hoofd met olie,
mijn beker vloeit over.
Geen commentaar.
Ja, heil en goedertierenheid zullen mij volgen
al de dagen van mijn leven;
ik zal in het huis des HEREN verblijven
tot in lengte van dagen.
Het wordt steeds beter. Heil en goedertieren, dat sla je toch niet af.
Ik heb besloten om meer van deze reli-stuff te gaan lezen. Kan een goede invloed hebben op mijn stijl, om niet te spreken van mijn zielerust.
Nee zonder gekheid. Ik meen het.
"In de bloei van haar dagen moest zij heengaan en derven de rest van haar jaren." Nog zo'n pareltje. Kwam hem tegen bij Maarten 't Hart in De Zonnewijzer. Je raadt het al de hoofdpersoon heeft vroegtijdig het leven gelaten. Is blijkbaar op ingenieuze wijze omgebracht omdat ze te veel wist. Een leuk thema, interessant uitgewerkt door Maarten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten